Heuprevisie


Ondanks het feit dat het plaatsen van een heupprothese een van de meest succesvolle ingrepen is dient een prothese soms toch volledig of gedeeltelijk vervangen te worden. Dit noemt men een heuprevisie. Bij een heuprevisie vervangt men een of meedere componenten van de oude prothese door nieuwe onderdelen zodat de patiënt opnieuw over een goed functionerende prothese beschikt.

Reden voor een heuprevisie


De belangrijkste redenen voor een heuprevisie zijn instabiliteit, slijtage en infectie.

Instabiliteit


Instabiliteit betekent dat de heup niet stabiel is, dat de heupkop de neiging heeft om bij bepaalde bewegingen uit de kom te schieten (luxeren). Dit is meestal zeer pijnlijk waardoor de patiënt in kwestie niet meer in staat is om te steunen op de aangetaste zijde. Een opname via spoedgevallen is dan nodig en een reductie van de heup onder narcose wordt dan zo snel als mogelijk gepland.
Dit kan een accidentele, eenmalige gebeurtenis zijn en dan volstaat het om zeker de eerste weken na de reductie voorzichtig te zijn maar in bepaalde gevallen blijft de heup herhaaldelijk luxeren.
In dat laatste geval moet men onderzoeken wat de oorzaak is van het probleem en vaak betekent dit dat men een ander soort heupkom moet plaatsen in een iets andere positie om de heup opnieuw stabiel te krijgen.

Geluxeerde heup. De kop bevindt zich naast en niet in de kom.

Op deze afbeelding ziet men slijtage van de polyethyleen glijlaag van de pan waardoor de heupkop niet meer centraal in de pan gepositioneerd zit.

Slijtage


Door het jarenlang draaien van de kunstheup in de kunstkom kan er slijtage van een van de componenten optreden. Dat geeft aanleiding tot het onstaan van microscopisch kleine slijtage-partikels. Deze partikels zweven vrij rond in het gewricht en worden door het lichaam herkend als zijnde iets lichaams-vreemd. Het afweersysteem probeert om die partikels op te ruimen maar hierdoor treedt er een ontstekingsreactie op die dan weer aanleiding kan geven tot botresorptie of het verdwijnen van bot rondom een van de componenten van de prothese. Dit laatste kan er dan weer voor zorgen dat die betreffende component loskomt en pijn veroorzaakt bij het stappen.
Een heuprevisie betekent in dit geval dat het onderdeel dat slijtage vertoont of los is komen te zitten vervangen dient te worden door nieuw materiaal.

Infectie


Bij een infectie na een prothese heeft men te maken met een bacterie. Men maakt onderscheid tussen een oppervlakkige, een diepe, een vroegtijdige en een laattijdige infectie. Bij een oppervlakkige infectie heeft men een kiem die zich oppervlakkig, dicht bij de huid bevindt en dus niet in de diepte waar de prothese zit. Bij een diepe infectie zit de bacterie wel in de diepte en heeft die zich vaak op de prothese gefixeerd. In geval van een vroegtijdige infectie treedt de infectie al binnen de 6 weken na de operatie op terwijl bij een laattijdige infectie dit later, zelfs jaren na de ingreep optreedt.
Bij een oppervlakkige infectie volstaat het meestal om de door uw arts voorgeschreven antibiotica te nemen. Bij een diepe infectie is de behandeling meestal chirurgisch. Eerst wordt onder lokale verdoving een punctie van de heup uitgevoerd om op die manier wat vocht van rond de heup te bekomen waaruit men dan hopelijk in het labo de oorzakelijke kiem kan kweken.
Nadien kan men bij een vroegtijdige infectie enkel de beweeglijke delen mn de heupkop en de glijlaag vervangen na het overvloedig spoelen van het gewricht. Deze procedure dient wel gevolgd te worden door het innemen van de gepaste antibiotica.
In geval van een laattijdige infectie gaat men meestal de volledige prothese moeten verwijderen. Dit gebeurd vaak in twee stappen. Eerst wordt de volledige prothese verwijderd en na het spoelen plaatst men een tijdelijke prothese die gemaakt is uit cement die een hoge dosis antibiotica bevat zodat men naast de klassieke antibiotica die men inneemt via de mond of een infuus ook een afgifte van antibiotica krijgt in de diepte. Dit alles dient om alle bacteriën in de heup te vernietigen alvorens men in een tweede tijd de definitieve prothese inbrengt meestal na een 6-tal weken.

Welk materiaal wordt gebruikt bij een heuprevisie


Aangezien men bij een revisie vaak te maken heeft met botverlies kan men vaak geen beroep meer doen op het klassieke prothesemateriaal. Gelukkig bestaat er daarom heel specifiek en gespecialiseerd materiaal waarmee men de meeste problemen goed kan behandelen. In zeer ernstige gevallen volstaat ook dit materiaal niet meer en moet men overgaan naar op maat gemaakt materiaal (custom made).
De lange steel is een revisiesteel.
De pan met schroeven is een revisiepan.
Materiaal voor steelrevisie.
Materiaal voor panrevisie

Copyright by CODELABS BV 2020. All rights reserved.